In onze cultuur associëren we seksualiteit vooral met vrijen: de liefde bedrijven met een partner. We zitten ook vaak aan één kant van de polariteit: heel erg actief of helemaal niet actief. In het taoïsme benaderen we seksualiteit op een andere manier. Het uitgangspunt is het besef dat álles wat we doen, wordt gefaciliteerd door seksuele energie. Bij alles wat je doet kun je bewust de vitaliteit, inspiratie en creativiteit voeden, door seksuele energie uit de eierstokken naar de hersenen te sturen. Dit kun je op uiterst subtiele wijze doen, of juist heel krachtig.
Zit je bijvoorbeeld in een vergadering dan kun je, met een onzichtbare beweging van de dijen en een al even minieme activering van de vier pompen, een heel klein beetje seksuele energie in de gliacellen brengen – zo subtiel, dat het voor niemand waarneembaar is. Deze manier van het toepassen van de seksuele kung fu technieken heet ook wel ‘werken met subtiel-orgastische technieken’. Dit heeft niets, maar dan ook niets te maken met flirten te maken, of met andere vormen van actief seksueel gedrag. Wat het wel doet, is de scherpte van je aandacht op dat moment aan zetten. Het voedt op veilige wijze je creativiteit. Tijdens zo’n vergadering is je aanwezigheid, helderheid en welbevinden ineens wat groter!
Spelenderwijs zul je steeds vaardiger worden in het op natuurlijke wijze gebruiken maken van je seksuele energie in het dagelijks leven. Om met de gebruikte terminologie te spreken: je kunt de hele dag subtiel-orgastisch zijn.