De Heiligbeenpomp is de eerste pomp van in totaal vier pompen in de wervelkolom. Twee daarvan, de Heiligbeenpomp en de Schedelpomp, veroorzaken een zeer krachtige energetische beweging. Het effect van de andere twee is minder krachtig en dus minder duidelijk waarneembaar; ze worden daarom ook wel ‘mini-pompen’ genoemd. Deze twee mini-pompen bevinden zich bij T-11, de elfde borstwervel, tegenover de Solar Plexus, en bij C-7, de zevende nekwervel, tegenover de keel.
De Heiligbeenpomp hebben we in de vorige les al behandeld. De andere drie – T-11, C-7 en de Schedelpomp – gaan we nu leren kennen. In het huiswerk van deze les leren we hoe je met behulp van deze vier pompen de opgewonden seksuele energie omhoog kunt brengen, via de wervelkolom naar de schedelholte. Wat je er vervolgens in de schedelholte mee gaat doen komt in les 7 en 8 aan de orde.
Seksuele energie heeft een water- en aarde-kwaliteit die haar relatief zwaar maakt en waardoor ze niet vanzelf omhoog stroomt. Precies zoals water ook niet vanzelf omhoog stroomt en daar een pomp voor nodig is, zo gebruik je de vier pompen in de wervelkolom om de opgewonden seksuele energie in een opwaartse beweging te krijgen.
Net als bij de Heiligbeenpomp helpt een specifieke, fysieke beweging het activeren van de drie pompen. Gaandeweg leer je alle vier de pompen zonder fysieke bewegingen te activeren. Als onderdeel van het Innerlijk Landschap kunnen ze ook volledig energetisch aangestuurd worden met behulp van de I-kracht. Het fysieke trainen helpt om dat eigen te maken.
De fysieke bewegingen die de vier pompen activeren zijn evolutie-technisch gezien ontstaan toen we nog op vier poten liepen. Toen activeerden we de vier pompen als vanzelf, de hele tijd door, louter door het lopen. Toen we later, als mensachtigen, rechtop zijn gaan staan en zijn gaan lopen op twee benen zijn we dat automatisme kwijtgeraakt en bewegen we de vier pompen in onze rug nog maar heel weinig. Daarom moeten we deze bewegingen nu nadrukkelijk leren maken.